De kamerplant in een tentoonstelling is meer iets voor een Rietveld eindexamenexpo van een paar jaar her. De tentoon opent met een ronddraaiend cliché: palmbomen op plateaus.
The Part In The Story Where A Part Becomes A Part Of Something Else doet tweeeneenhalve verdiep verhalende zalen met oog voor meta en institutionele zelfverwijzing en net minder beeldend gezag en vastigheid en vermoeden van visie. Het geheel geeft de indruk van los zand door de hand.
Er is weer fijn veel te zien, een verlangen naar boem paukeslag komt op.
In de Simon Kentgens-zaal witte bloemen van ‘s Neerlands meest overschatte kunstenaar Willem de Rooij. Een boeket witte bloemen. Blank zijn. Modernisme. Aanstellerij. Die drie, maar het meest van die drie dat laatste.
Ertegenover de plastieken lelies van Kwam Sheung Chi.
Freek Wambacq rolde een werk van Peggy Franck in een tapijt. Frank is de partner van Peggy en Peggy wist niet of ze ook tapijt in haar werk kon gebruiken. Zo gezegd zo gedaan. (Vrijmoedig overgenomen uit de begeleidende folder.) (En ik vind het een goed verrassend werk.)
En Pierre Bismuth zette een werk van Bruce Naumann niet aan. “In prevention of technical malfunction” Ja zo kan het ook.
De toon is gezet. Elke zaal vertelt zo zijn eigen verhaal. Danwel verhaaltjes.
Uitgesproken zwak werk genoegzaam naast dat van de bovenste plank. Verrassend, soms schools, veelal gemoedelijk klassiek gepresenteerd (veel witruimte) maar nu en dan verfrissend ingestoken. Naast de gebruikelijke ergernis en schouderophaal toch ook amusant, diverterend, en altijd geconcentreerd gepresenteerd. Flauwekul serieus gebracht naast alle ruimte voor ontdekkingen: dit is de institutionele kunstwereld. Er worden geen risicos genomen.
Sharon Hayes kleurig geschilderd doek hangt keurig alleen.
Patrick Killoran leest wel eens een boek. Bezoekers worden aangemoedigd een boek mede te nemen. Hij heeft ze zelf gekaft.
Boekenplank Tabatabai & Afrassiabi. Gereconstrueerd uit versnipperde boeken uit de Amerikaanse ambassade 1979.
Overzicht leeszaal.
Heel verrassend; de vleugels van George Rickeys mobile op het Binnenwegplein door Bik van der Pol op zaal gezet. Best groot, zo voor Vermeulen weg en op de grond.
Laten we het een monument voor de gastarbeider dopen, de tendens om andermans werk toe te eigenen indachtig.
Anthony Marcellini met een ris geportretteerdee txt-messages.
Hé, daar hangt een whitecube in the whitecube. Dat kan geen toeval zijn. Ivan Agote, pinata.
Kapot en met sliertjes.
Links Lucas Lenglet, met ronde hoekjes, om de knetterhard van de whitecube ietwat te verzachten. Rechts Rotten Days Rotterdam, dagteksten van Tim Ettchells en Vlatka Horvat.
Intrigerend werk Chen Zhen. No door to earth, no door to sky.
On Kawara in een aquarium. Dat moet haast wel iets verzekeringstechnisch zijn.
Aurelien Froment. La piece du souffleur.
Entree bovenderdiep: vinylstikkers Ceal Floyer, sokkels Gabriel Lester
De verrijdbare sokkels.
Brede jas Ahmet Ogut en Cevdet Erek, achtergrond Leung Chi Wo en Sara Wong
Johan Zetterquist, voorstel nr 9: gaatje in de maan.
Misschien wel het topstuk van de tentoonstelling: On Kawara incluis aanhangende doos en dagkrant.
John Cage, lecture on something, lecture on nothing
Please wees voorzichtig, staat er bij de tinkelbelballen op wieltjes van Haegue Yang, Sonic brass dance. Helaas verzuimde ik te vragen of je er ook echt aan mocht snokken/zachtjes door de zaal mee rijden of dat dat slechts symbolisch toegestaan is.
Een van de twee (prachtige) Narcisse Tordoir.
In de Helmut Smits-zaal ondeugende gebbetjes, op een ideetje gebaseerde designdingetjes. de foto van de trein van Charles Lim Yi Yong hoort daar natuurlijk niet bij.
Gemodificeerde klok Patricia Reed.
Kettingsluiting Magdalen Wong
Kleurenblindenspiegel van zee-egels op fijn wit zand van MAP Office
En flipboards zeggende NEGOTIATION van Marysia Lewandowska.
Tweeeneenhalve verdiep verhalende ruimtes The Part In The Story Where A Part Becomes A Part Of Something Else is nog tot 17 augustus te zien.
Bovenstaand is onvolledig: er is veel meer.
Het mocht hoor :) #heagueyang